In de nacht van 23 op 24 juni komen er om en bij de 200.000 mensen naar Porto, om Johannes de Doper, de beschermheer van de stad, te vieren. Het is één van de grootste feesten van Europa.

De Festa de São João is ontstaan uit heidense en katholieke tradities. In het begin, in de veertiende eeuw, was dit profane feest gewijd aan de cultus van de zonnegod, alsook aan de viering van de oogst en de overvloedigheid ervan. Het was pas enkele jaren later dat het feest gekerstend werd door de katholieke kerk, en dat de feestelijkheden niet meer opgedragen werden aan de zonnegod, maar aan Sint-Jan, de beschermer van de stad.

Op 23 juni komen de inwoners vanaf 18 uur op straat en begint de stad tot leven te komen en te bruisen. De feestelijkheden starten met de traditionele degustatie van gegrilde sardientjes, vergezeld van "Caldo Verde", een typisch Portugese koolsoep, waarvan de geur zich verspreidt in de straten.

Er worden talloze animaties georganiseerd. De festivalgangers leggen eerst en vooral een pelgrimstocht af van 5 kilometer tussen het plein van de Vrijheid en Matosinhos. Twee originele gebruiken typeren de Festa de São João: het eerste bestaat erin om met een zachte plastic hamer of lookbloemen op het hoofd te slaan van de mensen die men tegenkomt. Het tweede is dat men rondwandelt met potten basilicum of prei die men aanbiedt aan de mensen die men kruist, om hen geluk te wensen. Sinds 200 jaar organiseert Porto "cascatas" wedstrijden, ter gelegenheid van dit feest. Het zijn kleine thematische bouwsels die de stad Porto voorstellen.

De feestvierders kunnen ook genieten van straatconcerten, ze kunnen deelnemen aan proeverijen van port en wijn, en kijken naar originele spektakels, zoals van vuurspuwers. Om het feest in schoonheid af te sluiten, wordt om middernacht vuurwerk afgestoken, op de mythische rivier de Douro.